Monohybride kruising met een multipele factoren.

Ons AB0-bloedgroepensysteem wordt beheerst door meerdere allelen, nl. A, B en 0 (respectievelijk vaak als IA, IB en i geschreven).
N.B.: Bedenk daarbij wel dat elk individu er maximaal 2 kan hebben uit die meerdere allelen. In dit geval zijn de allelen A en B co-dominant (samen dominant) over het allel 0, terwijl ze naast elkaar een intermediair fenotype leveren. Kortom:
AA en A0 leveren bl.gr. A,
BB en B0 leveren bl.gr. B, genotype
AB levert bl.gr. AB en genotype
00 levert bl.gr. 0.

Bijvoorbeeld: Een vader met bloedgroep A en een moeder met bloedgroep B hebben o.a. al een dochter met bloedgroep 0.
a. Hoe ziet de verwachting voor de volgende kinderen eruit?
b. Stel dat AB-dochter van hen trouwt met een man met bloedgroep B, wiens moeder bloedgroep 0 had. Hoe ziet de verwachting voor hen er dan uit?

Generaties Genotypen Fenotypen
P A0 x B0
Pa en ma hebben beiden een allel 0
vanwege dochter met 00.
bl.gr. A x bl.gr. B
gameten (1/2 A + 1/2 0)(1/2 B + 1/2 0)  
F1 1/4 A0 + 1/4 B0 + 1/4 AB + 1/4 00 1/4 A + 1/4 B + 1/4 AB + 1/4 0
F1 x man B AB x B0
Man heeft B0 omdat
zijn moeder 00 heeft.
bl.gr AB x bl.gr. B
gameten (1/2 A + 1/2 B) x (1/2 B + 1/2 0)  
F2 1/4 AB + 1/4 BB + 1/4 B0 + 1/4 A0 1/4 AB + 2/4 B + 1/4 A óf
AB : B : A = 1 : 2 : 1


M.v.g. van G. Nevenzel.

Vorige pagina - Inhoudsopgave - Volgende pagina