Zelfbestuiving bij een monohybride heterozygoot.

Als we alleen zelfbestuiving toelaten bij de heterozygote plant met roze bloemen en haar nakomelingen, dan zien we in een aantal generaties het percentage homozygoten sterk toenemen. Zelfbestuiving is de meest ultieme vorm van inteelt. Dit kunnen we bereiken door in de bestuivingsperiode een plastic zakje over elke plant te zetten.

Generaties Genotypen Fenotypen
P (zelfbest.) Rr x Rr
eigen stampers x eigen meeldraden
roze x roze
gameten (1/2 R + 1/2 r)(1/2 R + 1/2 r)  
F1 1/4 RR + 2/4 Rr + 1/4 rr 1/4 rood + 2/4 roze + 1/4 wit
waarna elke volwassen plant onder haar
eigen zakje wordt gezet
F1 x F1 1/4 (RRxRR) +
2/4 (RrxRr) +
1/4 (rrxrr)
1/4 rood x rood +
2/4 roze x roze +
1/4 wit x wit
gameten (1/4 (RxR) +
2/4 {(1/2 R + 1/2 r)(1/2 R + 1/2 r)} +
1/4 (rxr)
(De F2 hiervan meteen gesorteerd op
geno- en fenotype levert:)
F2 3/8 RR + 2/8 Rr + 3/8 rr 3/8 rood + 2/8 roze + 3/8 wit

N.B.: Evenals de opmerking op de vorige pagina moeten breuken zoals 3/8, 7/16 en 15/32 respectievelijk gelezen worden als "drie van de acht, zeven van de zestien" en "vijftien van de tweeëndertig". Deze getallen spreken een verwachting uit die bij een groot aantal kruisingen met veel nakomelingen benaderd zal worden.

Deze procedure kunnen we analoog voortzetten en dat levert het volgende ontwikkelingsbeeld:

Generaties Fenotypen % Heterozygoten
P Rr 100 %
F1 1/4 RR + 2/4 Rr + 1/4 rr 50 %
F2 3/8 RR + 2/8 Rr + 3/8 rr 25 %
F3 7/16 RR + 2/16 Rr + 7/16 rr 12,5 %
F4 15/32 RR + 2/32 Rr + 15/32 rr 6,25 %

Het percentage heterozygoten neemt drastisch af en het aantal homozygoten dus drastisch toe. Als het allel r een vervelende eigenschap vertegenwoordigt, dan zal die eigenschap bij een hoog percentage heterozygoten sporadisch in een populatie tot uiting komen. Inteelt bevordert het ontstaan van de homozygote vorm rr en daardoor zal zich die vervelende eigenschap veelvuldiger manifesteren.


M.v.g. van G. Nevenzel.

Vorige pagina - Inhoudsopgave - Volgende pagina