Aquatische ecologie
- www.tauw.nl (2009). Vissen verplaatsend gemaal.
De Ingenieur 6, 10 apr. p. 52. (zie hieronder voor aanvullende uitleg van tauw)
- Sander Voormolen (2001). Rijnvis feit - Bedreigde vissoorten profiteren van ruimte voor de rivier.
NRC 6 okt., p.42.
Echte riviervissen als winde, barbeel en riviergrondel keren volop terug in het Nederlandse deel van de Rijn.
Nieuwe nevengeulen maken herstel mogelijk.
- Arno van 't Hoog (2001). Fint (= gestipte reuzenharing).
Bionieuws 29 sep. p. 12.
Etymologie.
- Willem Koert (2001). Slome spier brengt paling ver.
Volkskrant 24 sep. p. 5W.
De oversteek van paling naar de Sargassozee leek lang een wonder. Brits-Nederlands onderzoek
laat zien dat de dieren spieren kweken voor de trek.
- Sander Voormolen (2001). Een slim en grillig visje - Klokkenluider Ad Corten promoveert alsnog op de
haring.
NRC 22 sep. p. 45.
- Sander Voormolen (2001). Amerikaanse tonijn wordt ook opgevist aan Europese zijde.
NRC 18 aug p. 33
- A.J. van Loon (2001). Chemie van oceaanwater veranderde door cyanobacteriën.
NRC 23 juni, p. 49.
- Arno van 't Hoog (2001), Het wonder van de Waddenzee.
Bionieuws 9, 12 mei, jrg. 11, p. 7
- Farid Dahdouh-Guebas, Steven Bouillon, Jurgen Tack, Nico Koedam (2001).
Sprookjeswoud vol krabben.
N&T mei, p.66-71.
- Marijke Domis (2001). De paling sterft uit.
Archimedes 37e jrg. 1-2001-nr3 p.20-21.
- Arno van 't Hoog (2001). Vissers en ecologen vrezen kabeljauwmaatregel.
Bionieuws 17 feb. p. 1 en 7
- George Beekman (2000). Jaarringen verraden debietvariaties van de Siberische Ob.
NRC 18 nov., p.15, k.1-4.
- Koos Dijksterhuis (2000). Aantal zeehonden in de Waddenzee nadert de vierduizend dieren.
NRC 7 okt. p. 48, k.6-7.
Tengevolge van het morbillivirus waren er in 1998 maar 600 over.
- Peter de Jaeger (2000). Consumptie bedreigt visstand. Gelders Dagblad,
5 okt., p.AP2WET.
Het visbestand slinkt in de oceanen door voergebruik in de visboerderijen.
- Gaby van Caulil (2000). Bij Lobith komt de Kaspische Zee ons land binnen.
Bionieuws 14, 16 sep., p.4, k.1-5.
- Mariannen Heselmans (2000). Waterteunisbloem kan plaag worden
in Nederlandse sloten. NRC 19 aug. p. 35, k.6-7.
- René Didde (2000). Verrotting moet je koesteren. Volkskrant
29 juli. p.9R. k.1-5.
Beroemd werd Gatze Lettinga met zijn systeem voor waterzuivering
met zuurstofloze bacteriën. Hou de zuivering gedecentraliseerd.
- Marion de Boo. 2000. Natte heide. Blauwgraslanden bloeien op
dankzij dempen sloten. NRC. 3 juni. p.55. k.1-4.
- Froukje Rienks. 2000. Als waterkwaliteit verandert, komt
overdosis fosfaat vrij. 'Veen is een tijdbom'. Bionieuws
Jrg. 10. 10 juni. p.4. k.1-5.
Froukje Rienks is wetenschapsvoorlichter Centrum voor Wetland
Ecologie. Zie ook: http://www-sci.sci.kun.nl/eco/aquamibio.htm
Vissen verplaatsend gemaal
Stap 1
In het midden van het gemaal staan twee pompen. De bovenste pomp is
in werking en zorgt ervoor dat water (aangegeven met blauwe pijlen) uit de
polder via compartiment A wordt aangevoerd.
Meegevoerde vissen blijven in compartiment A, vanwege een fijnrooster
voor de pompinlaat. De pomp verzet water naar compartiment B en
vandaaruit stroomt het water naar buiten.
Stap 2
Na een poosje (bijvoorbeeld een half uur) wordt de onderste pomp aangezet
en de bovenste pomp stopgezet. Nu komt polderwater binnen via compartiment
B en wordt via compartiment A afgevoerd. De vissen die in A
verblijven, worden nu meegevoerd naar buiten.
Tegelijkertijd worden weer nieuwe vissen meegevoerd naar compartiment B.
Na verloop van tijd wisselt de pompwerking weer en werkt het gemaal als in stap 1.
Nog één ding! Als van A naar B wordt gepompt, moet natuurlijk de inlaatschuif van compartiment B
gesloten zijn en als van B naar A wordt gepompt dan is uiteraard inlaatschuif A dicht. Dit is
te zien op de trucagefoto hieronder. De cilindrische fijnroosters zijn in de hoeken geplaatst en
de pompen in het dijklichaam.
M.v.g. G. Nevenzel.
Overzicht van
onderwerpen.